Nickerie.Net, woensdag 27 juli 2005  


Behandeling zaak Guptar aangevangen

door Reena Luchmun  

 

Paramaribo - De rijstindustrieel Sjaam Guptar, verscheen dinsdag voor de eerste maal ter terechtzitting op verdenking van onder andere uitvoer van cocaïne. Hij zou volgens de tenlastelegging tezamen en in vereniging met andere personen in juli 2003 een hoeveelheid van 296,5 kilogram cocaïne het land Portugal hebben binnen gevoerd.

 

De lading cocaine welke was verborgen op een schip waarmee door de verdachte rijst werd geëxporteerd, werd door de narcotica brigade aldaar onderschept. Verder is Guptar ten laste gelegd dat hij voorbereidingshandelingen heeft gepleegd voor deze cocaïne uitvoer toe. De officier van Justitie, Carmen Rassam, noemde als voorbereidingshandeling het hebben van telefonisch contact met derden aan de hand waarvan ontmoetingen werden gearrangeerd. Deze ontmoetingen hadden tot doel het geven van instructies en het vergaren van financiële middelen voor de beoogde uitvoer. Ook een motorschip behorende aan de verdachte en het op dit schip aanwezige personeel zouden door de verdachte hierbij zijn ingezet. Voorts is de 62- jarige man ten laste gelegd dat hij tezamen en in vereniging met andere, in de tenlastelegging genoemde personen, heeft deelgenomen aan een criminele organisatie. Dit zou zijn geschied in de periode van 1 januari tot en met 11 december 2003 te Paramaribo, Venezuela en Portugal. Uiteindelijk is hem ook het illegaal bezitten van wapens en munitie ten laste gelegd.

 

Door de raadslieden van Guptar, Irwin Kanhai en Lesly Rodgers, werden enkele excepties opgeworpen. De officier van Justitie ging hier gedeeltelijk op in. Besloten werd dat zij op 8 augustus verder op de excepties ingaat en dat zij dit ook op schrift stelt. De raadsman Kanhai is van mening dat zijn client onrechtmatig van zijn vrijheid is beroofd. Guptar zou volgens Kanhai langer dan de toegestane 120 dagen in voorlopige hechtenis zijn. Dit termijn kan weliswaar tot tweemaal toe met 30 dagen worden verlengd middels een machtiging tot verlenging. Deze machtiging is volgens Kanhai nergens in het dossier te vinden. Hij benadrukte dat het Openbaar Ministerie, indien zij het tegendeel beweerd, dit ook moet kunnen aantonen. Voorts ontbreekt volgens Kanhai het scheikundig rapport waarin is vastgesteld dat het gevonden spul werkelijk cocaïne is. Indien dit rapport ontbreekt dan is de dagvaarding volgens de verdediging nietig omdat zij niet met feiten ondersteunt is. Als preliminair verweer voerde de verdediging tevens dat het gerechtelijk vooronderzoek in de zaak nog niet gesloten is.

 

Het verzoek van de verdediging aan het Hof van Justitie gericht, tot het horen van een aantal getuigen, wordt namelijk pas vandaag in behandeling genomen. Dit onderzoek zou eventueel kunnen resulteren in verlichtend materiaal naar de verdachte toe. Het O.M zou daarom niet ontvankelijk zijn in haar vervolging. Pas nadat de verdere onderzoekshandelingen zijn gepleegd en aan de hand van het resultaat, zou tot behandeling ter terechtzitting kunnen worden overgegaan, meent de verdediging.

 

Het O.M ziet echter vooralsnog geen vervolgingsbeletselen waardoor zij zou moeten afzien van verdere vervolging. Ook is zij van mening dat er in het dossier wel degelijk gewag is gemaakt van een vordering tot verlenging. De verdachte is volgens het O.M niet onrechtmatig van zijn vrijheid beroofd. Wat nu precies gaat gebeuren bij de volgende behandeling van de zaak zal mede afhangen van hetgeen naar voren komt uit de onderzoekshandelingen van de rechter-commissaris, welke vandaag van start moeten gaan.-.

<

Bron/Copyright:

,27/07/2005

WWW.NICKERIE.NET

E-mail: info@nickerie.net

Copyright © 2005. All rights reserved.

Designed by Galactica's Graphics